1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35 36 37 38 39 40 41 42 43 44 45 46 47 48 49 50 51 52 53 54 55 56 57 58 59 60 61 62 63 64 65 66 67 68 69 70 71 72 73 74 75 76 77 78 79 80 81 82 83 84 85 86 87 88 89 90 91 92 93 94 95 96 97 98 99 100 101 102 103 104 105 106 107 108 109 110 111 112 113 114 115 116 117 118 119 120 121 122 123 124 125 126 127 128 129 130 131 132 133 134 135 136 137 138 139 140 141 142 143 144 145 146 147 148 149 150 151 152 153 154 155 156 157 158 159 160 161 162 163 164 165 166 167 168 169 170 171 172 173 174 175 176 177 178 179 180 181 182 183 184 185 186 187 188 189 190 191 192 193 194 195 196 197 198 199 200 201 202 203 204 205 206 207 208 209 210 211 212 213 214 215 216 217 218 219 220 221 222 223 224 225 226 227 228 229 230 231 232 233 234 235 236 237 238 239 240 241 242 243 244 245 246 247 248 249 250 251 252 253 254 255 256 257 258 259 260 261 262 263 264 265 266 267 268 269 270 271 272 273 274 275 276 277 278 279 280 281 282 283 284 285 286 287 288 289 290 291 292 293 294 295 296 297 298 299 300 301 302 303 304 305 306 307 308 309 310 311 312 313 314 315 316 317 318 319 320 321 322 323 324 325 326 327 328 329 330 331 332 333 334 335 336 337 338 339 340 341 342 343 344 345 346 347 348 349 350 351 352 353 354 355 356 357 358 359 360 361 362 363 364 365 366 367 368 369 370 371 372 373 374 375 376 377 378 379 380 381 382 383 384 385 386 387 388 389 390 391 392 393 394 395 396 397 398 399 400 401 402 403 404 405 406 407 408 409 410 411 412 413 414 415 416 417 418 419 420 421 422 423 424 425 426 427 428 429 430 431 432 433 434 435 436 437 438 439 440 441 442 443 444 445 446 447 448 449 450 451 452 453 454 455 456 457 458 459 460 461 462 463 464 465 466 467 468 469 470 471 472 473 474 475 476 477 478 479 480 481 482 483 484 485 486 487 488 489 490 491 492 493 494 495 496 497 498 499 500 501 502 503 504 505 506 507 508 509 510 511 512 513 514 515 516 517 518 519 520 521 522 523 524 525 526 527 528 529 530 531 532 533 534 535 536 537 538 539 540 541 542 543 544 545 546 547 548 549 550 551 552 553 554 555 556 557 558 559 560 561 562 563 564 565 566 567 568 569 570 571 572 573 574 575 576 577 578 579 580 581 582 583 584 585 586 587 588 589 590 591 592 593 594 595 596 597 598 599 600 601 602 603 604 605 606 607 608 609 610 611 612 613 614 615 616 617 618 619 620 621 622 623 624 625 626 627 628 629 630 631 632 633 634 635 636 637 638 639 640 641 642 643 644 645 646 647 648 649 650 651 652 653 654 655 656 657 658 659 660 661 662 663 664 665 666 667 668 669 670 671 672 673 674 675 676 677 678 679 680 681 682 683 684 685 686 687 688 689 690 691 692 693 694 695 696 697 698 699 700 701 702 703 704 705 706 707 708 709 710 711 712 713 714 715 716 717 718 719 720 721 722 723 724 725 726 727 728 729 730 731 732 733 734 735 736 737 738 739 740 741 742 743 744
|
<!doctype linuxdoc system>
<linuxdoc>
<article>
<titlepag>
<title>PATH HOWTO</title>
<author>
<name>Esa Turtiainen, etu@dna.fi
Vertaald door: Ellen Bokhorst, bokkie@nl.linux.org
</name></author>
<date>v0.4, 15 november 1997</date>
</titlepag>
<toc>
<sect><heading>Introductie</heading>
<p>
Dit document beschrijft algemene truuks en problemen met Unix / Linux
omgevingsvariabelen, vooral met de PATH variabele. PATH is een lijst
met directory's waarin naar commando's wordt gezocht. De details gelden voor
de Debian Linux 1.3 distributie.</p>
<p>Opmerking! Dit document is in beta release status. Stuur alsjeblieft
commentaar en correcties op.</p>
</sect>
<sect><heading>Copyright</heading>
<p>
Dit document is vrije documentatie; je kunt het herdistribueren en/of
wijzigen onder de termen van de GNU General Public License zoals
gepubliceerd door de Free Software Foundation; versie 2 van de
Licentie, of (naar keuze) enige latere versie.</p>
<p>Deze documentatie wordt gedistribueerd in de hoop dat het van nut zal
zijn, maar ZONDER ENIGE GARANTIE; zonder zelfs de impliciete garantie
van VERKOOPBAARHEID of GESCHIKT VOOR EEN SPECIAAL DOEL. Zie de GNU
General Public License voor meer details.</p>
<p>Je zou een kopie van de GNU General Public License hebben moeten ontvangen
samen met deze documentatie; als dit niet zo is, schrijf dan naar de
Free Software Foundation, Inc., 675 Mass Ave, Cambridge, MA 02139, USA.</p>
</sect>
<sect><heading>Algemeen</heading>
<p>
Alle Unix processen bevatten een "omgeving". Dit is een lijst met
variabelen waarin de naam en waarde staan, beide gewone strings die
uit de meeste tekens kan zijn samengesteld.
Alle Unix processen hebben een ouder proces - het proces dat dit kindproces
aanmaakte. Kindprocessen erven de omgeving van de ouderprocessen.
Ze kunnen een aantal wijzigingen in de omgeving aanbrengen voordat ze het
doorgeven aan hun kindprocessen.</p>
<p>Een belangrijke omgevingsvariabele is PATH, een lijst met directory's
gescheiden door dubbele punten (':'). Deze directory's worden doorzocht
om commando's te kunnen vinden.
Als je een commando `foo' probeert aan te roepen, worden alle directory's
in PATH (in die volgorde) doorzocht voor een uitvoerbaar bestand met
de naam 'foo' (één met x-bit aan). Als het bestand wordt
gevonden, wordt het uitgevoerd.</p>
<p>In deze howto gebruik ik de term `commando' om te verwijzen naar
uitvoerbare programma's, waarvan het de bedoeling is dat ze worden
aangeroepen met verkorte namen, door gebruik te maken van het padmechanisme.</p>
<p>In Linux doorzoeken zelfs de low level besturingssysteem aanroepen
(de exec familie van aanroepen) de directory's in het PATH variabele om
processen te starten: je kunt het padmechanisme overal gebruiken daar waar
je een commando probeert uit te voeren.
Als de exec besturingssysteemaanroep een bestandsnaam krijgt die geen
`/` bevat, bepaalt het de waarde van de PATH omgevingsvariabele.
Zelfs als er geen variabele PATH in de omgeving voorkomt,
worden tenminste de directory's /bin en /usr/bin doorzocht op
passende commando's.</p>
<p>In sh gebruik je het export commando om de omgeving in te stellen, in
csh gebruik je het setenv commando.
Bijvoorbeeld:
sh:
<tscreen><verb>
PATH=/usr/local/bin:/usr/bin:/bin:/usr/bin/X11:/usr/games:.
</verb></tscreen>
csh:
<tscreen><verb>
setenv PATH /usr/local/bin:/usr/bin:/bin:/usr/bin/X11:/usr/games:.
</verb></tscreen>
</p>
<p>C-programma's kunnen de setenv() bibliotheekaanroep gebruiken om
de omgeving te wijzigen. Perl heeft z'n omgeving in een
daarmee verbonden array %ENV,
je kunt PATH instellen als in PATH $ENV{PATH}="/bin".</p>
<p>Het env commando is de basiswijze om de naar de huidige omgevingsvariabelen
te vragen. Het kan ook worden gebruikt om wijzigingen aan te brengen.</p>
<p>Meer informatie over de basis omgevingsvariabelen kun je vinden
in de manual pages van 'environ', 'execl', 'setenv', info file 'env' en
in de shell-documentatie.</p>
<p>Als Linux opstart, is het initproces het eerste normale proces dat
start. Het is een speciaal proces omdat het geen ouder heeft.
Het is echter de stamvader van alle andere processen.
De init omgeving zal als een omgeving van alle processen blijven als
ze het niet expliciet wijzigen. De meeste processen doen dit echter wel.</p>
<p>Init start een groep processen. Het bestand /etc/inittab geeft de
processen die het systeem start.
Deze processen werken in de omgeving die direct van init is geërfd -
- dit zijn typisch processen zoals
`getty', het programma dat `login:' naar console schrijft. Als je
hier PPP verbindingen start, moet je er aan denken dat je in de init
omgeving werkt. De systeeminitialisatie is vaak een script dat hier
is gestart. In Debian 1.3 is het initialisatiescript /etc/init.d/rc en
het roept op zijn beurt andere initialisatiescripts aan.</p>
<p>Het systeem bevat veel draaiende servers (daemons) die wel of niet
de standaardomgeving gebruiken. De meeste servers worden vanuit de
initialisatiescripts gestart en hebben als gevolg daarvan de init
omgeving.</p>
<p>Als een gebruiker op het systeem inlogt, wordt de omgeving beïnvloedt
door de instellingen die in de programma's zijn gecompileerd, systeemomvattende
initialisatiescripts en gebruikers-initialisatiescripts.
Dit is nogal gecompliceerd en de huidige situatie is niet volledig
bevredigend. Het is totaal anders als een gebruiker inlogt vanaf
de tekstconsole, XDM of vanaf het netwerk.</p>
</sect>
<sect><heading>Init</heading>
<p>
Init is een ouder-proces voor alle andere processen van het systeem.
Andere processen erven de omgeving van het init proces en het pad
is het init pad in het ongewone geval dat er geen ander pad is ingesteld.</p>
<p>Het 'init pad' staat vast in de bron van het init programma en het is:
<tscreen><verb>
/usr/local/sbin:/sbin:/bin:/usr/sbin:/usr/bin
</verb></tscreen>
Merk op dat /usr/local/bin niet in het init pad voorkomt.</p>
<p>Alle programma's die vanuit /etc/inittab zijn gestart werken in de init
omgeving, vooral systeeminitialisatiescripts in /etc/init.d
(Debian 1.3).</p>
<p>Alles dat vanuit initialisatiescripts wordt gestart heeft de init-omgeving
als standaardomgeving. Bijvoorbeeld, syslogd, kerneld, pppd
(als bij het opstarten gestart), gpm en het belangrijkst lpd en
inetd hebben de init omgeving en veranderen die niet.</p>
<p>Er zijn programma's die vanuit opstartscripts worden opgestart maar
waarbij de PATH omgevingsvariabele expliciet wordt ingesteld in het
opstartscript.
Voorbeelden hiervan zijn: atd, sendmail, apache en squid.</p>
<p>Er zijn andere programma's die vanuit opstartscripts worden gestart en
het pad volledig wijzigen. Een dergelijk voorbeeld is cron.</p>
</sect>
<sect><heading>Login</heading>
<p>
In tekstconsole wacht een getty programma op gebruikers login. Het
schrijft 'login:' en andere meldingen. Het doet zijn werk in de init
omgeving. Als getty een gebruiker krijgt die op het systeem inlogt,
roept het de shell aan. Dit programma stelt de gebruikersomgeving in en
roept de shell aan. </p>
<p>Het login programma stelt het pad in zoals is gedefinieerd in
/usr/include/paths.h.
het `login pad' is voor root gebruikers en andere gebruikers anders.
voor algemene gebruikers (_PATH_DEFPATH):
<tscreen><verb>
/usr/local/bin:/usr/bin:/bin:.
</verb></tscreen>
voor root (_PATH_DEFPATH_ROOT):
<tscreen><verb>
/sbin:/bin:/usr/sbin:/usr/bin
</verb></tscreen>
</p>
<p>Het algemene gebruikerspad bevat geen enkele sbin directory's. Hierin
staat echter wel de huidige directory `.', die als gevaarlijk wordt
aangemerkt voor de root gebruiker. Zelfs /usr/local/bin is niet
beschikbaar voor de root gebruiker.</p>
<p>Het login pad wordt vaak door shell initialisatie overschreven. Het is
echter mogelijk andere programma's dan gebruikersshells in /etc/passwd
te plaatsen.
Bijvoorbeeld, ik heb de volgende regel gebruikt om PPP op te starten als
ik inlog door een speciale gebruiker te gebruiken.
In dit geval, heeft pppd een exact loginpad.
<tscreen><verb>
etu-ppp:viYabVlxPwzDl:1000:1000:Esa Turtiainen, PPP:/:/usr/sbin/pppd
</verb></tscreen></p>
</sect>
<sect><heading>Shells</heading>
<p>
Vaak zijn gebruikersprocessen kindprocessen van de shell die in
/etc/passwd voor deze gebruiker worden genoemd. In de shell-initialisatie
bestanden wordt vaak het pad gewijzigd.</p>
<p>In login, wordt de naam van de shell voorafgegaan door een `-', bash
wordt bijvoorbeeld `-bash' genoemd. De shell weet hierdoor dat het een
`login'-shell is. In dit geval voert de shell de `login' initialisatie
bestanden uit. Anders wordt er een lichtere initialisatie uitgevoerd.
Bovendien controleert de shell of het interactief is, komen de commando's
vanuit een bestand of interactieve tty. Dit wijzigt de shell-initialisatie
zodanig dat een niet-interactieve niet-login shell zeer licht wordt
geïnitialiseerd - bash voert in dit geval geen enkel
initialisatiebestand uit!</p>
<sect1><heading>bash</heading>
<p>
Als een normale login-shell haalt bash zijn `bronnen' uit het
systeemomvattende bestand /etc/profile waarin de systeemomgeving
en het pad voor bash gebruikers kan worden ingesteld.
Het wordt echter niet opgestart als het systeem de shell als een
niet-interactieve shell interpreteert. Het belangrijkste geval is in rsh waar
een remote commando op de naburige machine wordt uitgevoerd. De /etc/profile
wordt niet opgestart en het pad wordt van de rsh daemon geërfd.</p>
<p>bash ontvangt de commando-regelargumenten -login en -i die respectievelijk
worden gebruikt om de shell als een login shell of een interactieve shell
in te stellen.</p>
<p>De gebruiker kan ingestelde waarden in /etc/profile overschrijven door
een bestand ˜/.bash_profile, ˜/.bash_login of ˜/.profile
aan te maken. Merk op dat hiervan alleen het eerste bestand wordt
uitgevoerd, dus verschilt van de logica van de csh initialisatie.
˜/.bash_login wordt niet speciaal voor login shells uitgevoerd
en als .bash_profile bestaat, wordt het helemaal niet uitgevoerdi!</p>
<p>Als bash met de naam sh wordt gebruikt in plaats van de naam bash,
emuleert het de originele Bourne shell-initialisatie:
het haalt zijn bronnen slechts uit de bestanden
/etc/profile en ˜/.profile en alleen maar voor login shells.</p>
</sect1>
<sect1><heading>tcsh</heading>
<p>
Als een login shell voert tcsh de volgende bestanden in deze volgorde uit:
<itemize>
<item>/etc/csh.cshrc </item>
<item>/etc/csh.login </item>
<item>˜/.tcshrc</item>
<item>˜/.cshrc (als .tcshrc niet wordt gevonden)</item>
<item>˜/.history</item>
<item>˜/.login</item>
<item>˜/.cshdirs</item>
</itemize>
</p>
<p>tcsh kan zodanig worden gecompileerd dat het login scripts voor cshrc
scripts uitvoert. Pas op!</p>
<p>Niet-interactieve shells voeren alleen de *cshrc scripts uit. *login
scripts kunnen worden gebruikt om slechts éénmalig in de
login het pad in te stellen.</p>
</sect1>
</sect>
<sect><heading>Gebruikers ID wijzigen</heading>
<sect1><heading>su</heading>
<p>
Het commando su stelt een nieuwe te gebruiken gebruikers-id in. Als er
geen gebruikers-id wordt opgegeven, wordt root gebruikt.</p>
<p>Normaal gesproken roept su een subshell met een andere gebruikers-id aan.
Met het argument
`-' (recenter synoniem -l of --login) roept su een shell aan zoals
de login shell. Het gebruikt het login programma hier echter niet voor,
maar het gebruikt nog een ander ingebouwd pad voor login `simulatie'
(term die wordt gebruikt in de broncode). Dit is:
voor gewone gebruikers
<tscreen><verb>
/usr/local/bin:/usr/bin:/bin:/usr/bin/X11:.
</verb></tscreen>
voor de root gebruiker
<tscreen><verb>
/sbin:/bin:/usr/sbin:/usr/bin:/usr/bin/X11:/usr/local/sbin:/usr/local/bin
</verb></tscreen>
su maakt ook heel wat subtiele omgevings wijzigingen.</p>
</sect1>
<sect1><heading>sudo</heading>
<p>
Er is een groep commando's die veiliger gebruik maakt van de superuser
commando's. Ze staan beter inloggen toe, op gebruikers gebaseerde beperkingen
en het gebruik van individuele wachtwoorden. Sudo wordt het meest gebruikt.
<tscreen><verb>
$ sudo env
</verb></tscreen>
</p>
<p>voert het commando env als superuser uit (als het zodanig is geconfigureerd
dat dit is toegestaan).</p>
<p>het sudo commando heeft ook weer een andere aanpak voor padafhandeling.
Het verandert het zoekpad zodanig dat de huidige directory altijd de laatste
directory is. Het wijzigt echter niet de omgevingsvariabele PATH, slechts
een paar omgevingsvariabelen zoals SUDO_USER.</p>
</sect1>
</sect>
<sect><heading>Netwerk servers</heading>
<p>
De meeste netwerkservers zouden geen enkele subprocessen moeten aanroepen.
Hun pad zou om beveiligingsredenen minimaal moeten zijn.</p>
<p>Een belangrijke uitzondering zijn alle diensten die het inloggen op
het systeem vanuit een netwerk toestaan. Deze sectie beschrijft wat de
omgeving is in deze situaties. Als het commando op de remote machine met
rsh wordt uitgevoerd, krijgt het een ander pad dan wanneer het met ssh wordt
uitgevoerd. Vergelijkbaar, het inloggen met rlogin, Telnet of ssh is anders.
</p>
<sect1><heading>inetd</heading>
<p>
De meeste netwerkservers hebben geen eigen processen die continue op
verzoeken wachten. Dit werk is naar een Internet super server met de naam
inetd gedelegeerd. Inetd luistert voor alle gedefinieerde netwerkpoorten
en start de passende server als er een verzoek binnenkomt.
Dit gedrag is gedefinieerd in /etc/inetd.conf.</p>
<p>inetd wordt vanuit systeem opstartscripts gestart. Het erft gewoon het pad
van het init proces. Het wijzigt het geheel niet en alle servers die
vanuit inetd worden gestart hebben het init-pad.
Een voorbeeld van een dergelijk proces is imapd, de server van het
IMAP post office protocol.</p>
<p>Andere voorbeelden van inetd processen zijn telnetd, rlogind, talkd, ftp,
popd, veel http servers enzovoort.</p>
<p>Vaak gebruik van inetd is nog steeds gecompliceerd door het gebruiken
van een gescheiden tcpd programma om de echte server te starten.
Het is een programma dat aanvullende beveiligingscontroles uitvoert voordat
de echte applicatie wordt gestart. Het beïnvloedt het pad niet.</p>
</sect1>
<sect1><heading>rsh</heading>
<p>
De rsh daemon stelt het pad vanuit _PATH_DEFPATH
(/usr/include/paths.h) in dat hetzelfde pad is als die het login
programma voor gewone gebruikers gebruikt. Root krijgt hetzelfde
pad als de gewone gebruiker.</p>
<p>In feite voert rshd het commando uit dat het op de commando-regel krijgt:
<tscreen><verb>
shell -c command-line
</verb></tscreen>
en shell is geen login shell. Het is wenselijk dat alle shells die in
/etc/passwd worden genoemd, de -c optie voor op de commando-regel ondersteunen.
</p>
</sect1>
<sect1><heading>rlogin</heading>
<p>
Rlogin roept login aan om de echte login procedure te maken. Als je
met rlogin inlogt, krijg je hetzelfde pad als in login. De meeste
andere manieren om op een Linux computer in te loggen maken geen
gebruik van login. Merk het verschil met rsh op.</p>
<p>Het login commando dat feitelijk wordt gebruikt is
<tscreen><verb>
login -p -h host-name user-name
</verb></tscreen>
</p>
<p>-p bewaart de omgeving met uitzondering van de variabelen HOME, PATH, SHELL,
TERM, MAIL en LOGNAME. met -h geef je de naam van de remote host
waarop je inlogt op.
</p>
</sect1>
<sect1><heading>telnet</heading>
<p>
Telnet is vergelijkbaar met rlogin. Het gebruikt het login programma en de
commando-regel om het op vergelijkbare manier aan te roepen.</p>
</sect1>
<sect1><heading>ssh</heading>
<p>
ssh heeft een eigen padinstelling. Het heeft een vast pad waaraan het de
directory waar ssh zich in bevindt aan toevoegt.
Dit betekent vaak dat /usr/bin twee keer in het pad voorkomt:
<tscreen><verb>
/usr/local/bin:/usr/bin:/bin:.:/usr/bin
</verb></tscreen>
</p>
<p>In het pad komt /usr/X11/bin niet voor en de shell die door het ssh
commando is aangeroepen is geen login shell. Dus
<tscreen><verb>
ssh remotehost xterm
</verb></tscreen>
werkt nooit, en van alles in /etc/profile of /etc/csh.cshrc kan dit
veranderen. Je moet het pad /usr/bin/X11/xterm altijd expliciet
gebruiken.
</p>
<p>ssh zoekt naar omgevingsvariabelen in de vorm VAR=VALUE in het
bestand /etc/environment. Helaas veroorzaakt dit een aantal
problemen met XFree86.</p>
</sect1>
</sect>
<sect><heading>XFree86</heading>
<sect1><heading>XDM</heading>
<p>
XDM is de meest gebruikelijke manier om op een grafische terminal in te loggen.
Het lijkt een beetje op login maar het is intern totaal anders.</p>
<p>In de directory /etc/X11/xdm zijn configuratiebestanden te vinden die
in de verschillende login fases worden uitgevoerd. Xstartup (en Xstartup_0
speciaal voor scherm 0) bevatten commando's om te worden uitgevoerd nadat
de gebruiker is ingelogd (commando's worden als root gebruiker uitgevoerd).</p>
<p>Het pad dat voor gebruikers is ingesteld staat in
/etc/X11/xdm/xdm-config. Het zijn de regels:
<tscreen><verb>
DisplayManager*userPath: /usr/local/bin:/usr/bin:/bin:/usr/bin/X11:/usr/games
DisplayManager*systemPath: /usr/local/sbin:/usr/local/bin:/usr/sbin:/usr/bin:/sbin:/bin:/usr/bin/X11
</verb></tscreen>
</p>
<p>Dat zal het standaardpad voor respectievelijk de gewone en root
gebruikers zijn. Het is erg belangrijk dat /usr/bin/X11 voor X-gebruikers
beschikbaar is. Als een X-gebruiker op een andere machine inlogt om een
X-client te starten zou hij /usr/bin/X11 aan zijn pad toegewezen
moeten krijgen, zelfs als hij niet direct vanaf een X-terminal inlogt.</p>
<p>Na het draaien van Xstartup draait XDM /etc/X11/Xsession dat als de
uiteindelijke gebruiker wordt uitgevoerd.
Het is de bedoeling dat de bronnen uit /etc/environment worden
gehaald voor de lokale configuratie vanuit Xsession als beschikbaar.
(Xsession wordt met /bin/sh uitgevoerd en dus moet /etc/environment een sh
bestand zijn). Dit botst met ssh die veronderstelt dat /etc/environment
een bestand is dat slechts regels in de vorm VAR=VALUE bevat.</p>
</sect1>
<sect1><heading>xterm -ls</heading>
<p>
Standaard is het pad voor alle commando's die vanuit X-window manager
menu's zijn aangeroepen, het pad geërfd van XDM. Om iets anders
te gebruiken, moet het expliciet worden ingesteld. Om een terminal
emulator met een "normaal" pad te starten, moet een speciale optie worden
gebruikt. In een xterm moet de optie -ls (login shell) worden gebruikt
om een login shell pad zoals in de shell login initialisatiebestanden
te verkrijgen.</p>
</sect1>
<sect1><heading>Window manager menu's en knoppen</heading>
<p>
Een Window manager erft zijn omgeving van XDM. Alle programma's die
door de window manager worden gestart erven de omgeving van de
window manager.</p>
<p>De gebruikers shellomgeving beïnvloedt niet de programma's die vanuit de
window manager knoppen en menu's zijn gestart.
Als bijvoorbeeld een programma vanuit `xterm -ls' is gestart, heeft het de
standaardomgeving van de login shell maar als het vanuit een menu wordt
gestart, heeft het gewoon de omgeving van de window manager.</p>
</sect1>
</sect>
<sect><heading>Uitgestelde commando's cron en at</heading>
<sect1><heading>cron</heading>
<p>
Cron is een commando dat commando's periodiek uitvoert zoals is
aangegeven in /etc/crontab en gebruikers-gedefinieerde crontabs.
In Debian 1.3 is het standaardmechanisme om commando's
in /etc/cron.daily, /etc/cron.weekly en /etc/cron.monthly uit te voeren. </p>
<p>Cron wordt vanuit opstartscripts gestart maar het lijkt zijn PATH in
een nogal vreemd pad te wijzigen:
<tscreen><verb>
/usr/bin:/binn:/sbin:/bin:/usr/sbin:/usr/bin
</verb></tscreen>
</p>
<p>DIT IS WAARSCHIJNLIJK EEN BUG IN CRON. Dit is het init pad waar
het begin is overschreven door /usr/bin:/bin zonder af te sluiten
met 0! Deze bug komt niet op alle systemen voor.</p>
<p>In crontab kan een PATH definitie voorkomen. In Debian 1.3
staat de volgende standaardregel aan het begin van /etc/crontab:
<tscreen><verb>
PATH=/usr/local/sbin:/usr/local/bin:/sbin:/bin:/usr/sbin:/usr/bin
</verb></tscreen>
Om deze reden wordt het PATH van het crond programma nooit gebruikt
in gebruikersprogramma's. Alle scripts in de /etc/cron.* directory's
krijgen standaard dit pad. Dit pad wordt zelfs gebruikt als
een programma als niet-root wordt uitgevoerd.</p>
</sect1>
<sect1><heading>at</heading>
<p>
at is een commando dat kan worden gebruikt om éénmalig
een programma op een specifiek tijdstip uit te voeren.</p>
<p>atd wordt uitgevoerd door gebruik te maken van het init pad. De
gebruikersprogramma's worden echter altijd in de gebruikersomgeving
met gebruik van het sh commando uitgevoerd. Daarom gelden
de gebruikelijke regels van de shell. Kijk hiervoor in het hoofdstuk over bash.
</p>
</sect1>
</sect>
<sect><heading>Een aantal voorbeelden</heading>
<sect1><heading>magicfilter</heading>
<p>
magicfilter is een algemeen hulpmiddel om bestanden voor de printer
te manipuleren. Het analyseert het type bestand dat moet worden
afgedrukt en roept een filterscript aan om een passende mooie-afdruk
te maken. Deze scripts worden vanuit lpd aangeroepen dat wordt gestart vanuit
/etc/init.d/lpd dat wordt gestart vanuit init.
Dus het pad is dat van init. Daarin staat niet /usr/bin/X11!</p>
<p>Mogelijk wil je een afdruk van PDF bestanden aan magicfilter doorgeven.
Het is mogelijk dit te doen door gebruik te maken van /usr/bin/X11/xpdf.
Nu moet je er aan denken om het volledige pad van de bestandsnaam op
te geven omdat magicfilter het anders niet kan vinden.
De meeste programma's die in magicfilter worden gebruikt hebben het
volledige pad niet nodig, omdat ze in /bin of /usr/bin staan.</p>
</sect1>
<sect1><heading>Afdrukken vanuit X applicaties</heading>
<p>
Je kunt de PRINTER omgevingsvariabele gebruiken om aan te geven
welke printer je gebruikt. Echter het zou kunnen dat je bemerkt dat
het in een aantal gevallen bij X applicaties verloren is gegaan.</p>
<p>Je moet er aan denken dat als de X sessie vanuit XDM is opgestart,
de window manager de waarde van je shell login scripts heeft bepaald.
Alle X applicaties die je vanuit een xterm hebt gestart hebben je
PRINTER variabele. Als echter dezelfde applicatie vanuit een menu
of window manager button is gestart, bevat het je PRINTER variabele niet.</p>
<p>In een aantal gevallen kan dit zijn geërfd van een nog lagere
laag: een Netscape hulpapplicatie kan bijvoorbeeld wel of niet
de beschikking over je PRINTER definitie hebben.</p>
</sect1>
</sect>
<sect><heading>Beveiligingszaken</heading>
<p>
Het pad is soms een groot beveiligingsprobleem. Het is een zeer
algemene manier om een systeem te kraken door een aantal
fouten in padinstellingen te gebruiken.
Het is makkelijk om Trojan horse aanvallen te genereren als hacker aan
root privileges of die van andere gebruikers kan komen om zijn versies van
commando's uit te voeren.</p>
<p>Een veelvoorkomende fout in het verleden (?) was door de `.' in
het pad van de root te houden.
Een kwaadwillige hacker maakt een programma `ls' in zijn home-directory.
Als root dan vervolgens doet
<tscreen><verb>
# cd ~hacker
# ls
</verb></tscreen>
voert hij het ls commando van de hacker uit.</p>
<p>Indirect geldt hetzelfde voor alle programma's die als root worden
uitgevoerd. Ieder belangrijk daemon proces zou nooit iets moeten
uitvoeren waarin een andere gebruiker iets weg kan schrijven.
In een aantal systemen is het mogelijk om in /usr/local/bin
programma's te plaatsen met minder strikte beveiligings afscherming.
- het is slechts uit het pad van de root gebruiker verwijderd.
Het is echter bekend dat een aantal daemon processen `foo' uitvoert door
gebruik te maken van het pad `/usr/local/bin/:...',
het zou mogelijk kunnen zijn om de daemon om de tuin te leiden om
`/usr/local/bin/foo' in plaats van `/bin/foo' uit te voeren.
Het is aannemelijk dat voor iemand die naar `/usr/local/bin' kan schrijven
het mogelijk is om op het systeem in te breken.</p>
<p>Het is erg belangrijk te overwegen in welke volgorde de directory's
in het pad staan. Als /usr/local/bin voor /bin staat, is dit een
beveiligings risico - als het erachter staat, is het niet mogelijk
het commando /bin/foo met wat plaatselijke wijzigingen in
/usr/local/bin/foo te overschrijven.</p>
<p>Onder Linux zou er aan moeten worden gedacht dat de evaluatie van het
pad op het system call level wordt afgehandeld. Overal waar een
uitvoerbaar bestandspad wordt opgegeven kun je een verkorte naam opgeven
waarnaar op z'n minst wordt gezocht vanuit /bin en /usr/bin - waarschijnlijk
ook op vele andere plaatsen.</p>
</sect>
<sect><heading>Hoe fouten in problemen op te sporen?</heading>
<p>
Het basiscommando om de omgeving te lezen is /usr/bin/env.</p>
<p>Het is mogelijk om de /proc directory te gebruiken om uit te zoeken
wat het pad is van een bepaald programma. Als eerste moet je het
procesnummer kennen - gebruik het ps commando om dat te verkrijgen.
Als xterm bijvoorbeeld het procesnummer 1088 is, kun je zijn omgeving
vinden met het commando
<tscreen><verb>
# more /proc/1088/environ
</verb></tscreen>
</p>
<p>Dit werkt niet met daemon processen zoals xdm.
Om de omgeving van systeemprocessen of andere gebruikersprocessen
te benaderen, is root toegang vereist.</p>
<p>Om problemen in Netscape op te sporen,
kun je een script /tmp/test aanmaken:
<tscreen><verb>
$ cat > /tmp/test
#!/bin/sh
/usr/bin/env > /tmp/env
^d
$ chmod +x /tmp/test
</verb></tscreen>
</p>
<p>Stel vervolgens een hulpapplicatie in, bijvoorbeeld RealAudio,
audio/x-pn-realaudio om het programma "/tmp/test" aan te roepen.
Als je naar een ReasAudio link probeert te browsen
(iets vanuit http://www.realaudio.com/showcase),
roept Netscape het dummy programma aan dat de omgeving opslaat in
/tmp/env.
</p>
</sect>
<sect><heading>Een aantal stategiën om hetzelfde pad voor alle gebruikers
te verkrijgen</heading>
<p>
Van de belangrijkste instellingen is het mogelijk om ze in te stellen
in de globale shell initialisatie bestanden voor login shells:
/etc/csh.login voor tcsh en /etc/profile voor bash.</p>
<p>Uitzonderingen die het juiste pad niet vanuit deze bestanden verkrijgen,
zijn rsh commando's, ssh commando's, menu items vanuit de X window manager
die de login shell niet expliciet opstarten, commando's aangeroepen
vanuit inittab, cron jobs, daemons jobs zoals magic filters gestart
vanuit lprd, WWW CGI scripts, enzovoort.</p>
<p>Als het pad in /etc/csh.cshrc is ingesteld, is het pad goed zelfs
als rsh of ssh een commando uitvoert op de remote machine met een
account die gebruik maakt van tcsh/csh. Het is echter niet mogelijk
om het pad in te stellen als de account bash/sh gebruikt.</p>
<p>Het is mogelijk padinstellingen in één bestand te
combineren, bijvoorbeeld in een bestand
/etc/environment-common. Daarin schrijven we:
<tscreen><verb>
${EXPORT}PATH${EQ}/bin:/usr/bin:/sbin:/usr/sbin:/usr/bin/X11:/usr/local/bin:/usr/games:.
</verb></tscreen>
</p>
<p>Dit kan vanuit /etc/csh.login (voor tcsh en csh) worden gebruikt.
<tscreen><verb>
set EQ=" " set EXPORT="setenv " source /etc/environment-common
</verb></tscreen>
</p>
<p>En vanuit /etc/profile (voor bash, werkt niet voor gewone sh)
<tscreen><verb>
EQ='=' EXPORT="export " . /etc/environment-common
</verb></tscreen>
</p>
<p>En vanuit /etc/environment (voor XDM)
<tscreen><verb>
EQ="=" EXPORT="export " . /etc/environment-common
</verb></tscreen>
</p>
<p>Deze strategie werkt meestal maar ssh zal klagen over de regels
in /etc/environment (en gedefinieerde omgevingsvariabelen EQ en
EXPORT). En nog steeds zullen rsh commando's die met bash worden
uitgevoerd dit pad niet krijgen.
</p>
</sect>
<sect><heading>Erkenningen</heading>
<p>
Een reden om te beginnen met het schrijven van dit document was de
grote frustratie van Ari Mujunen. Juha Takal gaf een aantal waardevolle
opmerkingen.</p>
</sect>
</article>
</linuxdoc>
|