File: commandline.tex

package info (click to toggle)
doc-linux-nl 20051127-2
  • links: PTS
  • area: main
  • in suites: etch, etch-m68k
  • size: 16,408 kB
  • ctags: 94
  • sloc: xml: 47,403; makefile: 312; perl: 193; sh: 116; ansic: 12; csh: 9
file content (643 lines) | stat: -rw-r--r-- 20,268 bytes parent folder | download | duplicates (2)
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
20
21
22
23
24
25
26
27
28
29
30
31
32
33
34
35
36
37
38
39
40
41
42
43
44
45
46
47
48
49
50
51
52
53
54
55
56
57
58
59
60
61
62
63
64
65
66
67
68
69
70
71
72
73
74
75
76
77
78
79
80
81
82
83
84
85
86
87
88
89
90
91
92
93
94
95
96
97
98
99
100
101
102
103
104
105
106
107
108
109
110
111
112
113
114
115
116
117
118
119
120
121
122
123
124
125
126
127
128
129
130
131
132
133
134
135
136
137
138
139
140
141
142
143
144
145
146
147
148
149
150
151
152
153
154
155
156
157
158
159
160
161
162
163
164
165
166
167
168
169
170
171
172
173
174
175
176
177
178
179
180
181
182
183
184
185
186
187
188
189
190
191
192
193
194
195
196
197
198
199
200
201
202
203
204
205
206
207
208
209
210
211
212
213
214
215
216
217
218
219
220
221
222
223
224
225
226
227
228
229
230
231
232
233
234
235
236
237
238
239
240
241
242
243
244
245
246
247
248
249
250
251
252
253
254
255
256
257
258
259
260
261
262
263
264
265
266
267
268
269
270
271
272
273
274
275
276
277
278
279
280
281
282
283
284
285
286
287
288
289
290
291
292
293
294
295
296
297
298
299
300
301
302
303
304
305
306
307
308
309
310
311
312
313
314
315
316
317
318
319
320
321
322
323
324
325
326
327
328
329
330
331
332
333
334
335
336
337
338
339
340
341
342
343
344
345
346
347
348
349
350
351
352
353
354
355
356
357
358
359
360
361
362
363
364
365
366
367
368
369
370
371
372
373
374
375
376
377
378
379
380
381
382
383
384
385
386
387
388
389
390
391
392
393
394
395
396
397
398
399
400
401
402
403
404
405
406
407
408
409
410
411
412
413
414
415
416
417
418
419
420
421
422
423
424
425
426
427
428
429
430
431
432
433
434
435
436
437
438
439
440
441
442
443
444
445
446
447
448
449
450
451
452
453
454
455
456
457
458
459
460
461
462
463
464
465
466
467
468
469
470
471
472
473
474
475
476
477
478
479
480
481
482
483
484
485
486
487
488
489
490
491
492
493
494
495
496
497
498
499
500
501
502
503
504
505
506
507
508
509
510
511
512
513
514
515
516
517
518
519
520
521
522
523
524
525
526
527
528
529
530
531
532
533
534
535
536
537
538
539
540
541
542
543
544
545
546
547
548
549
550
551
552
553
554
555
556
557
558
559
560
561
562
563
564
565
566
567
568
569
570
571
572
573
574
575
576
577
578
579
580
581
582
583
584
585
586
587
588
589
590
591
592
593
594
595
596
597
598
599
600
601
602
603
604
605
606
607
608
609
610
611
612
613
614
615
616
617
618
619
620
621
622
623
624
625
626
627
628
629
630
631
632
633
634
635
636
637
638
639
640
641
642
643
\pagebreak
\chapter{Unix opdrachtregel: de basis}
 Het doel van dit hoofdstuk is de shellaccount zo te configureren dat
 het afdrukken, de handleidingen en editorfuncties normaal werken.
 Hiermee krijgen we ervaring met basisopdrachten, omgevingsvariabelen,
 en benodigde paardehulpmiddelen.

\section{Op je account inloggen}

 Log op het systeem in met de loginnaam en het wachtwoord dat aan je
 is gegeven. Je krijgt iets te zien als:
 
 \bash{}

Het systeem zou je altijd een prompt moeten geven met de naam van de
shell (bash) en je loginnaam. Dit is een aan te passen feature in de
\command{bash} shell, de shell welke je nu gebruikt.

De meest fundamentele opdracht onder Linux is de opdracht ``ls'' voor
het tonen van een directoryweergave.

\begin{samepage}
Je krijgt de inhoud van je account te zien door het intikken van:

 \bash{ls -al}

Je zou bestanden moeten zien als

\begin{alltt}
drwxr-xr-x  13 \user      1024 Nov  9 17:06 .dt
-rwxr-xr-x   1 \user      5111 Sep 30 15:19 .dtprofile
drwxr--r--   2 \user        96 Dec  1 12:25 .elm
-rwxr--r--   1 \user      1178 Nov 19 10:58 .emacs
\end{alltt}
\end{samepage}

\section{Opdrachtenstructuur}

We hebben reeds kennis gemaakt met de opdracht \command{ls} waarmee
een directoryweergave van de huidige werkdirectory (cwd = current
working directory) wordt getoond.

Opdrachten onder Linux volgen een algemeen formaat:

\defcom{Opdracht}{\quad -opties} {andere parameters}

Als eerste komt de naam van de opdracht, eventueel gevolgd door opties.
Opties worden normaal gesproken voorafgegaan door een koppelteken of minteken.
Een aantal opdrachten gebruiken in het geheel geen opties. Na de opties komen
alle andere parameters of informatie die de opdracht wellicht nodig heeft.

Laten we het eens hebben over de paardemiddelen.
Houd er alsjeblieft rekening mee dat deze definities met opzet zijn
verkort en onvolledig zijn!
Zie de \command{man} pages voor de volledige definities.
In de opdrachten hieronder zijn parameters omsloten door
vierkante haken [...] optioneel voor die opdracht. [-opts] verwijst
naar opties in de net genoemde stijl.

\heading{Help, Zoeken, Info Tools:}
\vspace{-5truept}
\begin{alltt}

\defcom{env} {[-opts] [exp]} 
{Print omgeving of start een opdracht binnen een andere omgeving.}

\defcom{find} {[path] [exp]} 
{Zoek naar bestanden in het opgegeven \term{path} aan de hand van \term{exp}}

\defcom{info} {trefwoord} 
{Toon \term{info} helppagina's waarin het trefwoord \term{trefwoord} voorkomt} 

\defcom{locate} {trefwoord} 
{Lokaliseer alle bestanden met de naam \term{trefwoord} uit een database}

\defcom{man -k} {trefwoord} 
{Geef een opsomming van \term{man} pages met daarin het trefwoord 
\term{trefwoord} (hetzelfde als \command{apropos} \term{key})}

\defcom{man} {opdracht} 
{Toon de handleiding van \term{opdracht}}

\defcom{printenv}{} 
{Print omgevingsvariabelen (zie set)}

\defcom{set} {[vars]} 
{Print/Stel omgevingsvariabelen en functies in}

\defcom{whatis} {trefwoord} 
{Doorzoek de \term{whatis} DB op het trefwoord \term{trefwoord}}

\defcom{whereis} {opdracht} 
{Lokaliseer source/binary en handleidingen van de opdracht \term{opdracht}}

\defcom{which} {opdracht} {Laat pad van \term{opdracht} zien}
\end{alltt}
\vspace{-5truept}

\vspace{-5truept}
\begin{alltt}
\heading{Tekstmanipuleer hulpmiddelen}

\defcom{awk | gawk} {[pgrm][bestand]} 
{Filter \term{bestand} door \term{pgrm}}

\defcom{cat} {bestand}
{Toon inhoud van \term{bestand} zonder pagineren}

\defcom{clear}{}
{Schoon het scherm. Hetzelfde als \^L}

\defcom{grep} {masker bestand} 
{Zoek naar \term{masker} in \term{bestand}}

\defcom{head} {bestand} 
{Laat de eerste paar regels van \term{bestand} zien}

\defcom{more} {bestand} 
{Toon & pagineer de tekst in \term{bestand} (Zie \command{less})}

\defcom{sed} {[script] bestand} 
{Stream edit/filter \term{bestand} met behulp van \term{script}}

\defcom{tail} {[-opts] bestand} 
{Toon de laatste regels van \term{bestand}}

\defcom{tr} {chars1 chars2 bestand} 
{Verander tekens in \term{chars1} naar \term{chars2}}

\defcom{less} {bestand} 
{Toon & pagineer de tekst in \term{bestand} }
\end{alltt}


\vspace{-5truept}
\begin{samepage}
\begin{alltt}
\heading{Algemene tools}
\defcom{cd} {dir} 
{Wijzig cwd in dir (home als dir wordt weggelaten)}

\defcom{chmod} {perms bestanden} 
{Wijzig bestandspermissies van \term{bestanden}}

\defcom{chown} {eigenaar.groep bestand} 
{Wijzig eigenaar en/of groep van bestand}

\defcom{chsh}{}
{Wijzig de standaardshell}
\defcom{cp}{[-opts] f1 (f2|dir)}
{Kopieer bestand f1 naar f2 of directory \term{dir}}

\defcom{date}{}{Toon de datum}

\defcom{kill}{pid}
{Verwijder process ID \term{pid}}

\defcom{ln}{[-opts] oud nieuw}
{Link \term{oud} naar \term{nieuw}}

\defcom{login}{[gebruikersnaam]}
{Login op systeem met UID \term{gebruikersnaam}}

\defcom{lpr}{bestand}
{Print \term{bestand} op de standaardprinter}

\defcom{ls}{[bestandsnaam]}
{Weergave van \term{bestandsnaam} (\term{cwd} als bestand wordt weggelaten)}

\defcom{mkdir}{dir}
{Maakt de directory \term{dir} aan}

\defcom{mv}{bestand1 bestand2}
{Hernoem bestand1 in bestand2}

\defcom{passwd}{[-opts] gebruikersnaam}
{Wijzig wachtwoord}

\defcom{ps}{[-opts]}
{Geef als uitvoer een lijst met de huidige actieve processen}

\defcom{pwd}{}
{Toon de huidige werkdirectory}

\defcom{rm}{bestanden}
{Verwijdert \term{bestanden}}

\defcom{set}{}
{Toon huidige shellvariabelen}

\defcom{startx}{}
{Start het X-Window systeem}

\defcom{tar}{[-opts][arch][bestanden]}
{Beheer tar-archieven}

\defcom{telnet}{[host [poort]]}
{Maak een verbinding met de remote \term{host}}

\defcom{uname}{[-opts]}
{Geef als uitvoer de naam en het versienummer van het OS}

\defcom{who}{}
{Geef een lijst met gebruikers die zijn ingelogd op dit systeem}

\defcom{xterm}{[-opts]}
{Start een gloednieuw X-terminalvenster}

\end{alltt}
\end{samepage}

\section{De Linux manuals en het \term{man} utility}
Voor vrijwel elke opdracht die de moeite waard is, is een record opgenomen
in de \idea{man} pages, en deze kan worden benaderd door het uitvoeren van de
opdracht \quad\command{man opdracht}\quad. Gebruik \command{man -k trefwoord}
om aan alle opdrachten gerelateerd aan een \term{trefwoord} te komen, zoals
in het volgende voorbeeld wordt getoond:

\begin{alltt}
\bash{man -k manual}
man (1)              - format and display the on-line manual pages
man2html (1)         - format a manual page in html
perlxs (1)           - XS language reference manual
whereis (1)          - locate the binary, source, and manual page files
xman (1x)            - Manual page display program for the X Window System
\end{alltt}

\newpage

Gebruik bij twijfel de opdracht \command{man} en \command{man -k
trefwoord} om info te verkrijgen over een opdracht of een aan \Unix gerelateerde
term. Zoek naar de man page van de opdracht \command{ls}.
\command{ls} zal de directory-inhoud weergeven:

\bash{man ls}
\begin{figure}[ht!]
% \begin{Verbatim}[fontfamily=courier,frame=single,xrightmargin=-1in,commandchars=\\\{\}]
\begin{Verbatim}[fontfamily=courier,frame=single,commandchars=\\\{\}]
LS(1)                          FSF                          LS(1)
NAME
       ls - list directory contents
SYNOPSIS
       ls [OPTION]... [FILE]...
DESCRIPTION
       List information about the FILEs (the current directory by
       default).  Sort entries alphabetically if none of -cftuSUX
       nor --sort.
       -a, --all
              do not hide entries starting with .
...... etc ........
\end{Verbatim}
\vspace{-10truept}
\caption{Manual Page van \command{ls}}
\end{figure}


Hier is een \command{man} ingang van \command{cd} waarmee je huidige
werkdirectory (folder) wordt gewijzigd.

\bash{man cd}
\begin{figure}[ht!]
\begin{Verbatim}[fontfamily=courier,frame=single,commandchars=\\\{\}]
cd(n)                 Tcl Built-In Commands                 cd(n)
NAME
       cd - Change working directory
SYNOPSIS
       cd dirName
DESCRIPTION
       Change the current working directory to dirName, or to the
       home directory (as specified in the HOME environment variable)
       if dirName is not given.  Returns an empty string.
\end{Verbatim}
\caption{Manual Page van \command{cd}}
\end{figure}

\subsection{Oefeningen}

1. Zie ook de opdracht \command{chdir}.

2. \bash{man man}

\newpage

\section{Weergeven, aanmaken, kopieren en verplaatsen}

Het meest fundamentele van alle opdrachten is het weergeven, aanmaken,
kopieren, verplaatsen (hernoemen) en verwijderen van bestanden.
In deze sectie laten we je de basis zien.

\subsection{Weergeven van bestanden en directory's}

Het tonen van een bestand is verreweg de belangrijkste basis van alle
opdrachten. Zoals we eerder
hebben gezien, krijg je met de opdracht \command{ls} een opsomming van
bestanden:

\begin{alltt}
\bash{ls file1}
  file1
\bash{ls -l file1}
  -rw-r--r--    1 austin   users      0 Oct 28 22:05 file1
\end{alltt}

Met de vlag -l krijg je een ``lange'' (uitgebreide) weergave waarin meer 
informatie over \file{bestand1} wordt weergegeven.

Je huidige directory wordt weergeven met de opdracht \command{pwd}:

\begin{alltt}
\bash{pwd}
/home/joe
\end{alltt}

\subsection{Aanmaken van nieuwe bestanden}

Een bestand kan worden aangemaakt door een editor aan te roepen met de
naam van een nieuw bestand.
Voordat we dit uitproberen, er is nog een makkelijkere manier om een
nieuw leeg bestand aan te maken door gebruik te maken van de opdracht
\command{touch}. Zo werkt het:

\bash{touch bestand1}


Hiermee zal een nieuw leeg bestand met de naam \file{bestand1} worden
aangemaakt. Later zullen we nog andere manieren zien om nieuwe bestanden
aan te maken.

\subsection{Aanmaken van nieuwe directory's}

Directory's worden aangemaakt met de opdracht \command{mkdir}. Dus

\bash{mkdir dir1}

zal een nieuwe directory aanmaken met de naam \file{dir1} te lokaliseren in
je huidige werkdirectory. Laat dit bestand nu zien met de ``lange'' opmaak
waar we het eerder over hadden. Controleer je bestanden met

\bash{ls -l}

\newpage
\subsection{Kopieren van bestanden en directory's}

Je kunt een bestand kopieren met behulp van de opdracht \command{cp}.
Met de volgende opdracht

\bash{cp bestand1 bestand2}

zal \file{bestand1} worden gekopieerd naar \file{bestand2}.
Het kopi\"eren van een folder of directory vereist het gebruik 
van de vlag \term{recursive} of -r.

\bash{cp -r dir1 dir2}

Verzeker jezelf er nu van dat je een directory als deze aan kunt maken.

\subsection{Verplaatsen van bestanden en directory's}

Het verplaatsen van een bestand is hetzelfde als het hernoemen van een
bestand. Hiermee kun je dus ook het bestand naar een
andere directory verplaatsen:

\begin{alltt}
\bash{mv bestand2 bestand3}
\bash{mv bestand1 dir1/bestand2}
\end{alltt}

Je verplaatst een directory op EXACT dezelfde wijze als een bestand:

\bash{mv dir1 dir3}

\subsection{Wijzigen van directory's}

Het wijzigen van je huidige directory doe je met de opdracht
\command{cd}:

\bash{cd dir1}
\newline
\bash{cd ../dir2}

\subsection{Bestanden en directory's verwijderen}

Normale bestanden worden met de opdracht \command{rm} verwijderd:

\bash{rm bestand1}

Ook het verwijderen van directory's doe je met de opdracht \command{rm},
maar wederom moet je hiervoor de optie ``recursive'' of -r gebruiken:

\bash{rm -r dir1}

Controleer dat \file{bestand1} en \file{dir1} er niet meer zijn nadat je
bovenstaande hebt uitgeprobeerd.


\newpage
\section{Omleiding en pipes}
Onder \Unix heb je een standaard input (\term{stdin}) en een
standaard output (\term{stdout}) interface waarmee je zowel de invoer-
als de uitvoergegevens van een opdrachtregel om kunt leiden.
Simpele opdrachten, zoals \command{ls} sturen hun resultaten naar 
standaardinvoer, normaal gesproken is dat je terminal scherm. 
Shells maken omleiding mogelijk door de \lt\ en \gt\ operators.


Stel bijvoorbeeld dat je de opdracht \command{ls -al} wilt geven en
de uitvoer daarvan wilt \comment{omleiden} naar een bestand in plaats
van het scherm. Doe dit als volgt:

\begin{samepage}
\begin{alltt}
\bash{ls -al \gt output.txt}
\bash{cat \lt output.txt}
-rwx------   1 carinhas users        1606 Aug 17 23:14 .acrorc
-rwx------   1 carinhas users         153 Dec 20 08:47 .bashrc
-rwx------   1 carinhas users        3189 Dec 23 15:34 .cshrc
-rwx------   1 carinhas users         767 Jul 10  1998 .doomrc
\end{alltt}
\end{samepage}

In plaats van het intikken van ``\command{cat output.txt}", voerden we
een omleiding uit van de standaardinvoer door het opgeven van
``\command{cat \lt\ output.txt}".
Controleer dit om er zeker van te zijn dat beide manieren hetzelfde
resultaat opleveren.

Wanneer je de uitvoer van de ene opdracht wilt gebruiken als invoer van
de andere opdracht, gebruik je de ``pipe operator'' \term{|} zoals in 
het volgende voorbeeld waarin de uitvoer van een eenvoudige 
\command{ls} opdracht in omgekeerde volgorde wordt gesorteerd:

\begin{samepage}
\begin{alltt}
\bash{ls | sort -r }
 .doomrc
 .cshrc
 .bashrc
 .acrorc
\end{alltt}
\end{samepage}

Onafhankelijk van (\term{stdin}) en (\term{stdout}), bestaat er ook nog
een standaard error (\term{stderr}) welke normaal gesproken naar je
scherm gaat. De omleiding ervan is shell specifiek. Onder \command{tcsh},
wordt \term{stderr} omgeleid met de \command{\gt}\& operator, en
onder \command{bash} met de \command{2\gt} operator. Bash kent speciale
nummers toe aan \term{stdin}, \term{stdout} en \term{stderr}, die
\term{file descriptors} worden genoemd:

\renewcommand{\arraystretch}{1.5} 
\begin{table}[htbp]
\begin{center}
\begin{tabular}{|l | l | c | l|}
\hline
Naam               & Afkorting     & File Descriptor & Standaard Device\\
\thickhline
Standaard Input    & \term{stdin}  &  0              & Keyboard  \\
\hline
Standaard Output   & \term{stdout} &  1              & Console   \\
\hline
Standaard Error    & \term{stderr} &  2              & Console   \\
\hline
\end{tabular}
\caption{Bash Standaard I/O}
\end{center}
\end{table}
\renewcommand{\arraystretch}{1.0} 

Hier zijn een aantal voor onder bash uit te proberen voorbeelden:
\begin{samepage}
\begin{alltt}
\bash{cat noname 2\gt error.txt}      # leid fouten om naar error.txt
\bash{cat noname \gt error.txt 2\gt\&1 }  # leid \term{stdout} en \term{stderr} naar error.txt om
\bash{cat noname \gt\& error.txt}      # leid alles om naar error.txt
\end{alltt}
\end{samepage}

Probeer deze voorbeelden onder tcsh:
\begin{samepage}
\begin{alltt}
\tcsh{tcsh}
\tcsh{(cat testfile.txt \gt output.txt) \gt\& error.txt}  # leid om naar error.txt
\tcsh{cat testfile.txt \gt\& out.txt }                 # hetzelfde als in bash.
\tcsh{cat \lt testfile.txt \pipe sort \pipe more}      # hetzelfde als in bash.
\tcsh{locate .cshrc \pipe xargs grep xterm}      # Zoek naar ``xterm'' in \file{.cshrc} bestanden.
\tcsh{exit}
\end{alltt}
\end{samepage}

Vergeet niet met de opdracht ``exit'' weer uit \command{tcsh} te gaan.

\newpage
\section{Opdrachtregelediting}

Een geweldige opdracht onder \command{bash} en \command{tcsh} 
is het gebruik van de opdrachtregelediting faciliteiten.
Druk gewoon op de pijltjestoets naar boven voor
een vorige opdracht en verplaats de cursor om die opdracht te wijzigen. 
Probeer het gewoon. Opdrachtregelediting is handig voor het herhalen en
corrigeren van eerdere opdrachten.
 
Nu zullen we andere features van opdrachtregelediting gaan bespreken.

\subsection{Opdracht- en bestandsvoltooiing}

De meeste shells ondersteunen de voltooiing van opdracht- en bestandsnamen.
Met de Tab-toets kun je de naam van een opdracht of bestand aanvullen nadat
je slechts een paar tekens hebt ingetikt.
Probeer dit voorbeeld bij een bestandsnaam (directory):

\bash{cd /usr/inc\lt{}TAB\gt}
\quad zal produceren \newline
\bash{cd /usr/include/}

Probeer nu het volgende voorbeeld voor een opdracht:

\bash{ghostv\lt{}TAB\gt}
\quad zal produceren \newline
\bash{ghostview}

De opdracht- en bestandsvoltooiing kan alleen worden aangevuld tot een
unieke set opdrachten.
Dit betekent dat je een unieke startstring op moet geven.

Dus \bash{ghost\lt{}TAB\gt} zal niet werken omdat het aan kan worden
gevuld tot \command{ghostview} of \command{ghostscript}.

\command{tcsh} heeft hetzelfde bestandsnaamvoltooiing mechanisme als
bash. De \lt{}TAB\gt toets zal de bestandsnaam en opdracht aanvullen 
tot unieke namen.

\subsection{Mogelijke opdrachtvoltooiing}
\command{bash} toont de mogelijke keuzen wanneer je tweemaal de \lt{}TAB{}\gt
indrukt. (onder \command{tcsh} is dit \lt{}Ctrl-D\gt):

\begin{alltt}
\bash{ls /etc/h\lt{}TAB\gt\lt{}TAB\gt}
host.conf    hosts        hosts.allow  hosts.deny   httpd/       
\bash{ls /etc/h}
\end{alltt}

De shell geeft je aan welke keuzen er zijn en staat weer klaar om meer
invoer te ontvangen. Dit werkt ook met opdrachten:

\begin{alltt}
\bash{mo\lt{}TAB\gt\lt{}TAB\gt}
modemlights_applet       montage                  mount.smbfs
modemtool                more                     mouse-properties-capplet
modinfo                  morepgp                  mouse-test
modprobe                 mount                    mouseconfig
\bash{mo}
\end{alltt}

Dit laat ons de mogelijkheden zien, en wederom krijgen we de prompt zodat
we verder kunnen met het intikken van een opdracht.

Denk eraan dat \command{tcsh} hetzelfde voltooiings-mechanisme kent als
\command{bash}. Gebruik in plaats daarvan gewoon \lt{}Ctrl-D\gt.

\subsection{Opdrachtregelsubstitutie en historie}
Onder zowel \command{tcsh} als \command{bash} kunnen we gebruik maken van
de faciliteiten \term{opdrachtregelsubstitutie} en
\term{opdrachthistorie}. \term{Opdrachtregelsubstitutie} maakt het je
mogelijk variabelen in je huidige opdracht te vervangen. Bijvoorbeeld,

\begin{alltt}
\bash{echo Je hebt \$(frm \pipe wc -l) berichten}
You have 7 messages
\bash{}
\end{alltt}

Met het \$\ symbool kun je de expressie tussen haakjes door bash laten
verwerken om vervolgens later het resultaat ervan door de opdracht
\command{echo} weer te geven.

\comment{Opdrachthistorie} biedt je de mogelijkheid de historie van 
uitgevoerde opdrachten voor later gebruik aan te passen.
In de volgende lijst
wordt de syntax van de historiereferentie getoond die zowel onder
\command{bash} als \command{tcsh} kan worden gebruikt:

\begin{figure}[h]
 \dkey{!!}{Maak de laatste opdracht ongedaan. Hetzelfde als \program{!-1}}
 \dkey{!$-N$}{Herhaal de $N^{de}$ meest recente opdracht}
 \dkey{!$-3$}{Herhaal de $3^{de}$ meest recente opdracht}
 \dkey{!$N$}{Herhaal de $N^{de}$ ingang in de historielijst}
 \dkey{!\underline{string}}{Herhaal laatste opdracht beginnend met
 \underline{string}}
 \dkey{!?\underline{string}?}
{De meest recente opdracht waarin de string \underline{string} voorkomt}
\caption{Historie referentie specificaties}
\end{figure}

\begin{figure}[h]
Bovenop \term{historiereferentie} kun je de volgende modifiers toevoegen
aan de opdrachregel van de shell door ze aan de historiereferentie, gevolgd
door een dubbele punt (:) toe te voegen.

\begin{Verbatim}[commandchars=\\\{\}]
       0       Het eerste (opdracht) woord
       n       Het n-de argument
       ^       Het eerste argument, equivalent aan `1'
       \$      Het laatste argument
       \%      Het woord dat overeenkomt met een ?s? zoekopdracht
       x-y     Een bereik woorden.  `-y' is een verkorte vorm van `0-y'.
       *       Equivalent aan  `^-\$',  maar er wordt niets geretourneerd
	       als de zoekwaarde uit slechts 1 woord bestaat.
       x*      Equivalent aan `x-\$'
       x-      Equivalent aan `x*', maar waarbij het laatste woord (`\$')
	       wordt weggelaten.
\end{Verbatim}
\caption{History Modifiers}
\end{figure}

\subsection{Oefeningen}
\begin{samepage}
Je kunt een lijst van je historie krijgen door het simpelweg intikken van
\command{history}.
Hier zijn een aantal uit te proberen voorbeelden van het bovenstaande
historiemechanisme:

\begin{alltt}
\bash{history \pipe tail -4}
        9  8:30    cat boogie.man
       10  8:31    cp boogie.man boogie.man.old
       11  8:36    vi boogie.man
       12  8:37    diff boogie.man.old boogie.man

\bash{!-2}
vi boogie.man

\bash{diff !-2:2.old !-2:2}
diff boogie.man.old boogie.man

\bash{diff !!:1.old !!:2}
diff boogie.man.old.old boogie.man
diff: boogie.man.old.old: No such file or directory

\bash{!?cat?:0 !!:2}
cat boogie.man

\end{alltt}
\end{samepage}